fietsers in beiroet bij moskee

Fietsen in Beiroet

Tijdens de Libanese burgeroorlog (1975-1990) kwam de fiets eventjes terug in Beiroet. ‘We waren omsingeld en er was geen benzine meer, dus namen we de fiets.’ Nu duiken fietsers opnieuw op in het straatbeeld. Deze keer uit overtuiging.

fietsers in beiroet bij moskee

Loukan el Kadi wijst met een grimas naar zijn achterwerk. ‘Dat zadel is, eh, even wennen.’ Behalve zadelpijn heeft de 25-jarige IT’er met het hippe sikje koude armen, een rode neus en een klemmende helm. Maar zodra het verkeerslicht op groen springt en de ‘Yallah, go!’ van de gidsen klinkt, sprint hij er weer vrolijk vandoor. El Kadi doet met drie vrienden mee aan de ‘Thursday Night Ride’, een wekelijkse fietstocht door Beiroet die wordt georganiseerd door een groepje jonge Libanese fietsers die meer mensen op de fiets willen krijgen.

fietsgids paloma acharji in beiroet
Paloma Acharji (25) is fietsgids in Beiroet. Geen gemakkelijke klus. Beeld-auteur: Celia Peterson

Fietsenwinkel uit 1932
‘Heb je haast of zo?’ Gids Paloma Acharji (25) draait zich foeterend om naar een automobilist die achter het groepje fietsers in de smalle zijstraat staat te toeteren. Bij oversteekplaatsen staan zij en andere gidsen met walkietalkies en fluitjes klaar om ‒ zo goed en zo kwaad als het gaat ‒ auto’s tegen te houden. Beiroet is niet gemaakt voor fietsers. Het verkeer is chaotisch, fietspaden zijn er niet en automobilisten houden nauwelijks rekening met elkaar, laat staan met langzamere verkeersdeelnemers. ‘Veel mensen zijn bang om op de fiets te stappen’, zegt initiatiefnemer Karim Sokhn (27). ‘De wekelijkse fietstocht is een manier om ze over de drempel te helpen.’

fietsverkoper in beiroet, libanon
Noubar Korjikian van fietsenwinkel CycloSport (sinds 1932). Fietsen was ooit het vervoermiddel voor in de stad. ‘Iedereen ging op de fiets. Tot ze allemaal auto’s gingen kopen.’ Beeld-auteur: Celia Peterson

Volgens Noubar Korjikian van fietsenwinkel CycloSport was de fiets ooit een normaal onderdeel van het straatbeeld. Toen zijn vader de winkel in 1932 opende, was de auto nog niet ingeburgerd. ‘Iedereen ging op de fiets. Tot ze allemaal auto’s gingen kopen.’ Tijdens de Libanese burgeroorlog (1975-1990) kwam de fiets weer even terug. ‘We waren omsingeld en er was geen benzine meer, dus namen we de fiets.’ Eind jaren negentig werd het fietsen gezinsvertier voor de zondagmiddag. Korjikian laat oude foto’s zien van moeders met kinderen die op een braakliggend terrein aan de kust oefenen met fietsjes.

Fietsen is voor kleuters
Het is voor veel Thursday Night-fietsers jaren geleden dat ze voor het laatst op de fiets zaten. ‘Libanezen leren wel fietsen’, zegt Sokhn van de Thursday Night Ride. ‘Als kleuter krijg je een fiets voor je verjaardag en daar rijd je dan een paar rondjes op in de tuin. Maar daarna gaat hij de kast in.’ Omdat zijn vader als één van de weinigen in Libanon een enthousiaste fietser was, kwam de fiets in Sokhns geval die kast al snel weer uit. ‘Op mijn vijftiende reed ik van ons dorp in de bergen naar een volgend dorp’, herinnert hij zich. ‘Twintig kilometer, dat vond ik toen heel wat.’ Behalve de Thursday Night Ride organiseert Sokhns bedrijf CyclingCircle langere fietstochten in de natuur.

Er zijn meer initiatieven. Zo prikkelt een groepje fietsactivisten onder de naam ‘The Chain Effect’ automobilisten met graffitislogans als: ‘Op de fiets was je nu al thuis geweest’. In 2014 was er een fietsfestival, en eind 2016 opende Sokhn de eerste ‘Bike Kitchen’ van Libanon. Je kunt er fietsen kopen en laten of leren repareren, of gewoon bij een kopje koffie gaan zitten werken.

Zein Soubra (21), fietskoerier
Zein Soubra (21) is fietskoerier. Hij vindt het heerlijk fietsen in Beiroet. Beeld-auteur: Celia Peterson

Ook tref je er misschien wel de enige persoon op aarde die Beiroet ideaal vindt als fietsstad. Zein Soubra (21), begonnen als skater, vindt urban cycling heerlijk – hoe meer uitdagingen, hoe beter. ‘Ik fiets ook weleens in Sidon of Tyrus, in het zuiden van Libanon. Dat is mooier en rustiger. Maar Beiroet is leuker.’ Soubra is sinds de oprichting in 2013 fietskoerier voor Deghri Messengers (‘deghri’ betekent ‘direct’ of ‘rechtdoor’ in het Libanees Arabisch).
Er worden pogingen gedaan iets aan de infrastructuur te doen. Maar over het enige fietspad zijn fietsactivisten unaniem: een typisch voorbeeld van slecht fietsbeleid. ‘Het ligt precies in het midden van de boulevard. Voor je het weet rijd je een kind, visser of hond omver’, zegt Sokhn.

Jawad Sbeity van fietsverhuurbedrijf BeirutByBike zegt met stadsplanners in gesprek te zijn over een ambitieus plan: fietspaden aanleggen door heel Beiroet. Ook kondigde Sbeity’s bedrijf onlangs een bike sharing-systeem aan. Het is nog niet in gebruik.
Meer nog dan fietspaden is een mentaliteitsverandering nodig. ‘Dat gaat stap voor stap’, zegt voormalig wielrenkampioen Mohammed Alali (39). Vier jaar geleden opende hij een fietsenwinkel in Tripoli. ‘Eerst zagen mensen fietsen als iets voor arme sloebers en kleine kinderen. Nu zien ze dat hippe sportievelingen het doen. Uiteindelijk stappen ze zelf op de fiets.’ Alali nodigt bij de jaarlijkse wielerwedstrijd bewust vips uit. ‘Als mensen een parlementslid of een actrice zien fietsen, denken ze: als zij het doen, is het vast iets cools.’ Langzamerhand wordt de stap naar het dagelijkse fietsen kleiner. Trots vertelt Alali dat hij een groepje vrouwen dat hij fietsles geeft, laatst per fiets bij elkaar op bezoek zag gaan. Een directeur die lid is van Alali’s fietsclub heeft zelfs een fietsenplan opgezet voor zijn werknemers.
Tweeënhalf uur later komt de stroom knipperende fietslichtjes weer de donkere straat in, onder de nieuwsgierige blikken van voorbijgangers. Loukan el Kadi gespt met een zucht van verlichting zijn helm los. Hij gaat echt een fiets kopen om naar zijn werk te gaan, bezweert hij. Binnenkort. Als de spierpijn over is.

Dat gekke blonde meisje op de fiets

Jannie Schipper in Beiroet
Zelfs de wachten van Hezbollah die de straten soms afsluiten voor alle verkeer maken een uitzondering voor dat gekke blonde meisje (Jannie Schipper). Beeld-auteur: Celia Peterson

‘Daar komt hij. Recht op me af. Ik kijk hem aan. Links of rechts, dat is de vraag. De bromfietser rijdt zoals gewoonlijk tegen het verkeer in, voor hem uiterst links. Hij zal dus eerder geneigd zijn de kant verder in te gaan dan de autoweg op, beredeneer ik in eenhonderdste seconde. Ik wijk uit naar links. Goed gegokt: we passeren elkaar zonder frontale botsing. Ik kom wel zelf bijna onder een minibusje terecht.
Op de fiets in Beiroet voel ik me afwisselend een filmster en een volslagen idioot. Maar regelmatig krijg ik een vrolijke ‘Go girl!’ van een soldaat als ik voorbij een checkpoint rijd. Zelfs de wachten van Hezbollah die de straten soms afsluiten voor alle verkeer maken een uitzondering voor dat gekke blonde meisje.
Ik heb er een maand over gedaan. De fiets had ik van een Nederlander die vertrok. De route wist ik ook; die deed ik dagelijks met het minibusje. Ik had zelfs al gecheckt of er niet te veel heuvels onderweg waren. Maar ik durfde gewoon niet. Fietsen in de hippere wijken van Beiroet, waar de expats wonen en de fietsverhuur zit, dat was tot daaraan toe. Maar me tussen de duizenden brommertjes en minibusjes storten? En wat zouden ze wel niet van me denken in mijn armoedige en conservatieve buitenwijk? Meisjes zaten daar alleen maar áchterop de brommer, nooit voorop. Laat staan op een fiets. Op een avond pakte ik toch de fiets. Tot aan dat ene kruispunt. Of anders tot de rotonde, ongeveer op de helft. Toch nog iets verder. Voor ik het wist, was ik thuis. Sinds ik de afstand van de buitenwijk waar ik woon naar het centrum van Beiroet per fiets afleg, zijn de talloze brommertjes mijn voornaamste concurrenten voor het kleine beetje ruimte dat auto’s, busjes en tussen dubbel geparkeerde auto’s laverende voetgangers overlaten. Sommige bromfietsers dagen me uit tot een racepartijtje, andere grinniken in het voorbijgaan. Maar de leukste reacties komen van hun passagiers: zeker dagelijks krijg ik een grote grijns en een opgestoken duim van een meisje achterop.’

Fietsen in Libanon

Voor wie het aandurft heeft Jannie Schipper wat tips op een rijtje gezet:

  • Thursday Night Bike, elke week om 20.00 uur. De tocht begint bij fietsenwinkel CycloSport in de wijk Gemmayzeh, waar je fietsen en helmen kunt huren. CycloSport: +961 397 47 36.
  • In Tripoli, in het noorden van Libanon, is er op vrijdag een avondfietstocht georganiseerd. Kijk op: com/pg/thebikeshoplb/. Bellen mag ook: +961 620 23 93. The Bike Shop organiseert ook fietstochten buiten de stad.
  • Als je een pittige klim niet schuwt, kun je mee met CyclingCircle. Het bedrijf organiseert elk weekend racefiets- en mountainbiketochten op verschillende niveaus. Het vertrek is ’s ochtends vroeg vanuit Beiroet met een tourbus die deelnemers en fietsen vervoert en aan het eind van de middag ben je weer terug. CyclingCircle organiseert dit jaar zelfs een fietsvakantie. Kijk op: com/CyclingCircle.
  • Voor de echte sportievelingen is er fietsclub Bike Generation: facebook.com/pg/Bikegeneration. Wel je eigen fiets meenemen.
  • Fietsen te huur in Beiroet bij BeirutByBike (com/BeirutByBike), CycloSport en CyclingCircle. Ook in steden als Sidon, Tyrus en Tripoli zijn fietsen te huur.
  • Een kopje koffie drinken terwijl Karim je band plakt? Fietscafé The Bike Kitchen vind je in St. Lourdes Street in de wijk Furn el-Shebbak in Beiroet: +961 312 66 75.