Er staat een paard op het fietspad

Paarden nemen de plaats van koeien in op het platteland. Maar eigenlijk is er geen plek voor al die paarden. Ruiters nemen uit arren moede hun toevlucht tot fietspaden. En dat leidt weer tot ongelukken en conflicten. ‘Ik heb al meegemaakt dat een ruiter mij bedreigde met de zweep.’

Op het forum van Ligfietsplaza verhaalt Merijn Vogel over zijn ontmoeting met zes ruiters. ‘Ik minderde vaart. De paarden gingen met ieder drie aan beide randen van het fietspad lopen. Toen ik ze daadwerkelijk passeerde zat ik tussen zes paarden, die ineens begonnen te steigeren. Op een ligfiets tussen wilde paarden is geen pretje!’ Vogel stopte verderop, keek om en kreeg ‘een hatelijke scheldkanonnade’ over zich heen, ‘dat ik met mijn kutfiets moest uitkijken’.

Ongeluk
Niet alleen op een ligfiets, ook op een gewone fiets, zijn paarden ontzagwekkend groot en moeilijk in te schatten verkeersdeelnemers. Verhalen als die van Vogel zijn alles behalve zeldzaam. En niet altijd loopt het goed af. In Soest overleed dit voorjaar (2007) zelfs een 93-jarige fietsster aan de gevolgen van een val na een ontmoeting met een ruiter.

‘Verpaarding’
Cijfers over het aantal ongelukken op het fietspad met paarden zijn er eigenlijk niet. Feit is wel dat de paardensport groeit. Het aantal paarden is sinds de jaren negentig fors gestegen en wordt nu geschat op zo’n 400.000. Per jaar worden zo’n 6 miljoen buitenritten gemaakt. Er zijn meer maneges gekomen. Boeren zien – zeker rond de drukke Randstad – brood in het houden of stallen van paarden. Terwijl koeien de stal ingaan, komen de paarden in de wei. Deskundigen spreken over de ‘verpaarding’ van Nederland.

Fietspad
Er komen ook vaker paarden op de openbare weg. Volgens de wet is de plaats van een paard op de weg en niet op het fietspad. In de praktijk kiezen ruiters nog al eens voor het fietspad. Monique Poppe, houdster van een camping en paardenpension op Walcheren: ‘Wat is het alternatief? Ik ga echt niet op zo’n doorgaande 80 kilometerweg rijden, dan pak ik het fietspad. De berm is niet altijd een alternatief. Op Walcheren hebben we zware klei. Bij een droge periode is die keihard en met regen zakken de paarden er helemaal in. Zo loop je kans op blessures.’

Voorlichtingscampagne
Net als veel andere ruiters komt Poppe liever een fietser tegen dan een auto. Een hard rijdende auto kan een paard gemakkelijk laten schrikken. Niet voor niks maakte de Koninklijke Nederlandse Hippische Sportfederatie (KNHS) in samenwerking met Veilig Verkeer Nederland een voorlichtingscampagne voor automobilisten over hoe een ruiter in te halen.

Galop
Poppe ziet geen probleem in het rijden op een fietspad. ‘Als ik een fietser tegenkom, ga ik aan de kant. Volgens de ruiteretiquette rijd je stapvoets, ook een wandelaar ga je niet in galop passeren. Ik vind het niet meer dan logisch. Het gaat erom hoe je gedraagt. Als je als automobilist spelende kinderen ziet, houd je daar toch ook rekening mee.’

Verkeersmak
Tja, als iedereen zich gedraagt, is er inderdaad niks aan de hand. Het probleem met paarden is dat ze onberekenbaar zijn. Het zijn geen machines. Poppe legt uit dat een paard een vluchtdier is. ‘Als ze schrikken, is de reactie: vluchten, weg van hier. Alles wat afwijkt daar schrikken ze van.’ Vandaar ook dat de reactie op een ligfiets heftiger kan zijn dan op een gewone fiets. Het hangt van de ervaring van de ruiter af, hoe snel het paard weer onder controle is. Paarden kunnen trouwens prima ‘verkeersmak’ worden gemaakt, zoals dat heet. Politiepaarden bijvoorbeeld schrikken vrijwel nergens van. Maar het verkeersmak maken, kost tijd en oefening. Oefening die op de openbare weg plaatsvindt.

Paardenrijbewijs
Aan een ruiter worden geen harde eisen gesteld. Voor sommige natuurgebieden is een ruiter- of koetsierbewijs verplicht. Om zo’n ‘paardenrijbewijs’ te bemachtigen, moet je leren rijden op de openbare weg. Maar voor het rijden op de openbare weg is zo’n bewijs gek genoeg weer niet verplicht.

Bedreiging met zweep
Cees Groot van de Fietsersbond in Eemnes maakt zich al jaren druk over de vele paarden die hij tegenkomt als fietser. Vooral voor de Wakkerendijk zou een oplossing gevonden moeten worden. ‘Je komt daar veel ruiters in opleiding tegen, je hebt last van paardenpoep, bovendien zijn er gevaarlijke situaties. Ik heb al mee gemaakt dat een ruiter mij bedreigde met de zweep.’ Groot pleitte in 2003 tevergeefs voor een apart ruiterpad. ‘Er is geen geld voor.’

Vervelend gedrag
Theo Zeegers, beleidsmedewerker van de Fietsersbond, merkt dat confrontaties met paarden vaker voorkomen. ‘Er zijn eigenlijk twee problemen: er is te weinig paardeninfrastructuur en er is vervelend gedrag van ruiters op fietspaden. En daar mogen ze officieel helemaal niet mogen komen, vergeet dat niet. Je komt regelmatig ruiters tegen die doodleuk met een gangetje van vijf  kilometer per uur naast elkaar blijven stappen en weigeren aan de kant te gaan. Voor de KNHS ligt er nog een schone taak ruiters beter voor te lichten over hun gedrag in het verkeer.’

Gebrek aan routes
In veel provincies is er te weinig infrastructuur voor paardenliefhebbers. Het ministerie van LNV bracht vorig jaar een nota uit over paarden. Daarin staat dat het recreatieve paardrijden dezelfde positie zou moeten hebben als wandelen en fietsen, inclusief een eigen infrastructuur. Dat ideaal is nog ver weg.
Wel is er bij gemeenten en provincies meer interesse in de paardensector, merkt de KNHS.
Lonneke Braun van de KNHS: ‘De afgelopen twee jaar staan steeds meer gemeenten open voor belangen van ruiters. Ze zien het als een groeiende sector. Maar er is niet veel ruimte. Juist in provincies als Noord- en Zuid-Holland waar veel mensen wonen zijn weinig mogelijkheden om buiten te rijden.’

Intimiderend
Gert Wit houdt zich als beleidsmedewerker bij de Groenservice Zuid-Holland, bezig met het opzetten van ruiterroutes in de recreatiegebieden van de provincie Zuid-Holland. Echte ruiterpaden hebben zijn voorkeur, ‘omdat je dan kunt afdwingen dat ruiters daar ook gaan rijden’. Met bijvoorbeeld paaltjes een route door de berm aangeven, kan ook. In Zuid-Holland is de bodem echter ‘slap’, dat betekent dat de berm niet altijd geschikt is om in te rijden. Wit: ‘Je ontkomt er niet aan dat ruiters wel op het fietspad rijden, voorlopig is er nog geen afdoende netwerk. We snappen dat het voor fietsers intimiderend is. We krijgen regelmatig klachten.’
Wit heeft vooral een geldprobleem. ‘De beleidsvoornemens van LNV zijn mooi, maar plat gezegd: wat schuift het?’ Ruiterpaden zijn duur in aanleg, maar ook in onderhoud en beheer. ‘En’, zegt Wit, ‘dan zijn het toch voorzieningen voor een relatief beperkte groep mensen. Iedereen kan een wandeling maken, bijna iedereen heeft een fiets, maar niet iedereen heeft een paard.’

Hoe een paard te passeren?
-ga er met een boogje omheen
-rij rustig
-niet bellen of schreeuwen
-zoek eventueel op rustige toon contact met de ruiter

Poep
Paardenpoep is een groeiende ergernis. In de gemeente Veere op Walcheren is het opruimen van paardenvijgen volgens de APV verplicht. Sinds kort wordt er ook gecontroleerd. Paardenhoudster Monique Poppe vindt het een onuitvoerbaar gebod. ‘Een paard is geen hond. Een flinke paardendrol weegt drie, vier kilo. Moet je die meenemen? Als een paard gaat poepen, is dat vaak als hij iets spannend vindt. Het is niet realistisch om op zo’n moment te moeten afstappen. Als ik bekeurd word, laat ik het voor de rechter komen.’ Henk Davidse van de gemeente is niet onder de indruk: ‘Het is misschien bot, maar ik zeg tegen paardenbezitters: volgens de APV ben je verplicht paardenpoep op te ruimen, hoe je daar uitvoering aan wilt geven, is je eigen probleem. Jij gaat met een paard op pad.’

Tekst: Karin Broer

 

Categorieën