NS ziet liever niet méér fietsen in de trein

Wim Bot van de Fietsersbond lobbyt voor fietsen in de trein. ‘Wij pleiten er voornamelijk voor om meer ruimte te maken voor recreatieve fietsen in de weekenden en vakanties. Dan is de behoefte het grootst.

'Iedereen kan zien dat de ruimte nu niet genoeg is. Woon-werkfietsers hebben alternatieven. Die kunnen vouwfietsen meenemen, ov-fietsen gebruiken of een fiets op het station neerzetten. We vinden ook dat je in elke trein naar het buitenland fietsen mee moet kunnen nemen en dat buitenlanders andersom hun fiets Nederland mee in kunnen nemen. Wij stimuleren fietsgebruik, dus ook dat van buitenlanders die hier willen fietsen.’

Aan wat voor oplossingen denk je?
‘Je zou ruimtes in de coupé’s flexibeler kunnen inrichten met klapstoeltjes. Of toch kijken of er op drukke tracé’s fietswagons kunnen komen. Wat ook zou helpen is op de perrons of op een app aangeven waar de fietsplekken stoppen, zodat fietsers niet als een gek hoeven te rennen naar de juiste plek als de trein is gestopt. Dan heb je ook minder last van oponthoud. Verder kunnen conducteurs op drukke dagen op meer balkons fietsen toelaten.’

Zit er schot in de zaak?
‘Bij de NS zit weinig rek. Ze zeggen dat ze fietsen meenemen in de trein niet willen stimuleren. Dat betekent dat ze niets willen doen om het aantrekkelijker te maken. Het gaat ze om zoveel mogelijk zitplaatsen. Als Fietsersbond hebben we er wel begrip voor dat fietsen in de spits niet mee kunnen. Dan zitten de intercity’s te vol. Er is nog sprake van geweest dat het spitsverbod vanaf 16.00 uur zou gaan gelden, maar dat hebben we tegen kunnen houden.’

Is het niet een kleine groep die de fiets in de trein mee wil nemen?
‘Zo klein is die groep niet. Ik zie elke dag mensen met fietsen in de trein. Denk alleen maar aan studenten die de fiets meenemen naar hun nieuwe woonplaats. En dat het om een kleine groep gaat betekent niet dat je daar dan maar geen rekening mee moet houden. Vaak zijn het principiële treinreizigers zonder auto. Het moet gewoon kunnen, geen auto hebben en toch overal kunnen komen. Fiets en trein is een gouden combinatie.’

De Vogelvrije Fietser polste bij fietsers hoe makkelijk of hoe moeilijk het meenemen van de fiets is.
Ervaringsdeskundige tekstschrijver Anna Groot doet alles met fiets en trein. ‘Ik heb ooit besloten dat reizen gewoon tijd kost en dan kun je die tijd maar het beste comfortabel doorbrengen. Voor mij is dat met de fiets in de trein. In de trein kun je tenminste nog een boek lezen.’ En familie De Vreede is ook op de combinatie fiets en trein aangewezen. Het valt niet mee.

Zijn er trajecten die je liever mijdt?
‘Het traject Utrecht-Schiphol is wel eens een probleem. Daar stappen veel mensen met gigantische koffers in en die hebben geen zin om op te staan als jij je fiets wilt neerzetten op de plekken die daarvoor zijn bedoeld.’

Moet je wel eens een trein overslaan omdat er geen ruimte meer is?
‘Dat is mij nog nooit gebeurd. In sommige treinen is wel echt te weinig ruimte. Dat is proppen. Bij sprinters is het veel beter geregeld. Daar heb je een stuk of tien klapstoeltjes aan weerszijden van de trein waar je kunt zitten maar ook je fiets neer kunt zetten.’ 

Het fietsende vakantiegezin De Vreede: ‘Soms rennen we met z’n allen naar het volgende treingedeelte’

De familie De Vreede (vijf personen, vier fietsen) heeft de auto de deur uitgedaan. Ze gaan graag naar de Wadden op vakantie, maar dat wordt door conducteurs niet toegejuicht.

‘Met z’n vijven de fiets in een sprinter rijden is makkelijk omdat die veel deuren, veel fietsruimte en vooral een fijne gelijkvloerse instap heeft. Maar de perrons op Utrecht CS staan vol wachtenden en je kunt er met de fiets niet zomaar tussendoor lopen. Je moet gokken waar mogelijk een fietsgedeelte van de trein zal gaan stoppen. Als de trein arriveert ren je met het hele gezin naar de juiste deur. Als je pech hebt, staan er al een paar fietsen en pas je er niet allemaal bij. Soms rennen we dan naar het volgende treinstel met fietsdeel, maar de klok tikt door en we willen allemaal tegelijk mee. Dan is het snel één voor één de fietsen erin tillen. Hoewel er staat dat fietsen voorrang hebben bij stallen in het fietsgedeelte blijven passagiers die daar een stoel hebben gevonden vaak gewoon zitten. De kinderen worden zenuwachtig want er zijn pas twee fietsen binnen. Nog twee te gaan. Gaat de conductrice al fluiten? Snel snel. De laatste fiets die wordt naar binnen gepropt en dan staan alle fietsen en alle gezinsleden in de trein. Onze harten slaan in onze keel. Gehaald!

Dan moeten we de fietsen nog een beetje netter stallen, zodat ze minder ruimte innemen en niet omvallen bij de wissels. Dan proberen we een zitplekje te vinden in de coupé, zodat we weer even bij kunnen komen. Vaak blijft er één gezinslid bij de fietsen en de tassen om een oogje in het zeil te houden.

Halverwege de rit komt vaak de conducteur of conductrice langs. Steevast worden we begroet met een norse blik en de opmerking dat we de trein zo vol hebben gebouwd. Laatst zei een conductrice dat we ons voortaan over de trein moesten verspreiden. Dat zullen onze kinderen leuk vinden, die de trein in- en uitstappen toch al als de meest spannende gebeurtenis van hun leven beschouwen. Ze verzuchtte tot slot (iets wat een collega van haar ook al eerder naar ons had geventileerd): het wordt tijd dat fietsen in de trein helemaal wordt afgeschaft. Daar sta je dan met je duurzame gedrag.’

Vind je het ook belangrijk dat je je fiets mee kunt nemen in de trein? Word lid van de Fietsersbond en ontvang de Vogelvrije Fietser met het volledige artikel thuis.

Categorieën