Eva Rensman: ‘Flipfloptrappers’
‘Ik vind die trappers heel fijne dingen. Ik heb nooit bij trappers stilgestaan ‒ trappers zijn trappers, maar deze zijn erg comfortabel. Je hoeft er amper aan te wennen. Ik merkte dat ik bij die gewone trappers kennelijk toch onbewust kracht zette om de voeten op de trappers te houden. Dat hoeft bij deze niet. Door dat randje blijven je voeten op hun plek. Het maakt ook niet uit of je hakken draagt. Het enige nadeel is dat ze er onelegant uitzien. Mijn kinderen vinden het bejaardentrappers. Mijn man noemt het flipfloptrappers. Ik vind het zelf een soort eendenpoten, maar het is echt niet zo dat je bij het verkeerslicht verbijsterde blikken krijgt. Het valt niet op. Als ik ze zelf zou moeten kopen, zou ik er dertig euro voor over hebben.’
Jonas Haring: ‘Ik vind de trappers niet mooi.
Ze zien eruit alsof ze voor een aangepaste fiets zijn. Maar ze fietsen echt wel lekker. Dat ze groter zijn, is echt wel fijn. En ze draaien ook heel soepel. De lagers zijn ook echt veel beter dan bij andere trappers. Ik had net nieuwe trappers gekocht en die gaan veel stroever. Voor mijn vriendin Rozemarijn heb ik een fiets laten lakken en zelf opgebouwd. Maar daar komen ze niet op, omdat ze niet mooi genoeg zijn. Ze zitten nu op mijn stadsfiets.’
Categorieën