E-bikewoordenboek

Met de NuVinci Harmony (een traploze naafversnelling) hoef je over het schakelen niet meer na te denken. Je stelt het gewenste trapritme en de benodige versnelling en de trapondersteuning worden voor je geregeld. Het is een zorgeloos systeem. NuVunci wordt veel gecombineerd met middenmotoren. Lees meer over de Nuvincinaaf. 

Bij een derailleursysteem heb je tandwielen bij het achterwiel en vaak bij het voorwiel. Het is een efficiënt systeem. Maar omdat tandwielen en ketting aan weer, wind en viezigheid wordt blootgesteld, slijt het ook sneller.  En je kunt alleen schakelen wanneer je rijdt. Bij een stoplicht kun je dus niet terugschakelen naar een lichter verzet. Een derailleursysteem is met zowel een midden- als voorwiel- en achterwielmotor te combineren.

Sommige goedkope elektrische fietsen hebben een zeer eenvoudig display op het stuur waarop met ledjes te zien is wat de energie inhoud van de accu is en wat de gekozen ondersteuning is. De meeste fietsen hebben tegenwoordig een digitaal display waarop in ieder geval ook de huidige snelheid en ritafstand wordt weergegeven.
Het is erg handig als het display te bedienen is zonder je handen van het stuur te halen. Gelukkig kan dit tegenwoordig bijna altijd. Als je de fiets ook in de winter gebruikt is het wel zo makkelijk als het display met handschoenen te bedienen is.

Met een loophulp druk je op een knopje en de fiets rijdt vanzelf met een snelheid van zo’n vier kilometer per uur. Handig als je bijvoorbeeld een helling op moet bij een fietsenstalling. Met een middenmotor draaien de trappers dan mee.

Bij een naafversnelling zitten alle tandwielen netjes verpakt in de naaf van het achterwiel. De slijtage is gering. En je kunt in stilstand terugschakelen, handig bij het stoplicht. Je hebt wel minder versnellingen dan bij een derailleursysteem. En er kunnen dingen misgaan. Bij een naafversnelling moet je bij het schakelen eigenlijk even stoppen met trappen. Dat is altijd beter voor de naafversnelling, maar het is extra belangrijk bij fietsen met trapondersteuning. De ondersteuning is in de hoogste stand best wel fel. Als je dan schakelt, kun je de naafversnelling kapot maken. De motor weet niet dat je schakelt en laat het volle vermogen los op de naafversnelling. Om schade te voorkomen, zijn schakelhulpen ontwikkeld (zie: Wat is een schakelhulp?). Een  naafversnelling kan op een fiets met een voorwiel- en middenmotor.

Vier á vijf ondersteuningsstanden is genoeg. Als je kiest voor een lagere ondersteuning op een fiets met krachtsensor krijg je minder kracht van de motor voor je beenkracht. Bij de motor van Bosch performance met vier standen, krijg je bijvoorbeeld in de hoogste stand 275% versterking en in de laagste stand 50%.
Bij fietsen met rotatiesensor betekent een lichtere stand meestal dat de motor ongeacht de kracht die je levert dat de motor minder ondersteunt. Maar er zijn ook systemen waarbij de ondersteuning bij lagere snelheden gewoon stopt. Bij fietsen met rotatiesensor vind je nog wel eens systemen met 10 á 15 standen. Dat voegt niks toe.

Bij naafversnellingen moet je bij het schakelen eigenlijk even stoppen met trappen. Vooral op een elektrische fiets is dat belangrijk. De ondersteuning is in de hoogste stand namelijk heel krachtig. Als je dan schakelt, kun je de naafversnelling kapot maken. Om dat probleem op te lossen is een elektronische schakelhulp ontwikkeld. Die zorgt ervoor dat de motor even inhoudt wanneer je schakelt. Het Impulse-systeem op de fietsen van Kalkhoff en Gazelle heeft zo’n systeem. De Impulse houdt wat lang in. Maar de elektronische schakelhulp van Shimano Steps die dit jaar op de markt is gekomen, is verfijnder en soepeler.

Het wezen van een elektrische fiets is dat je alleen ondersteunt wordt als je de trappers ronddraait. Een sensor registreert die beweging. Er zijn twee typen sensor. Een rotatiesensor is het eenvoudigst en goedkoopst. Die registreert alleen dat je fietst, maar niet hoeveel kracht je zet. Als je weinig kracht zet, krijg je evenveel ondersteuning als wanneer je hard doortrapt. Er is wel verschil tussen rotatiesensoren. De een reageert trager dan de ander. Een krachtsensor is geavanceerder. Die meet hoeveel kracht je zet en past daar de ondersteuning aan aan. Dat voelt natuurlijker. Met krachtsensor is het alsof je een toverdrankje hebt geslikt en veel sterker bent geworden. Maar je moet wel zelf altijd een bepaalde inspanning leveren. Lees ook wat de voor- en nadelen zijn van de rotatiesensor en de krachtsensor.