Ga niet zomaar proberen weg te rijden. Ga op het zadel zitten met de voeten op de pedalen en ervaar het eerste onnatuurlijke gevoel dat de fiets niet omvalt. Omdat je (onbewust) denkt dat je toch kunt omvallen moet je afleren om je evenwicht te willen bewaren. Iemand die nooit gefietst heeft, rijdt zo weg, want die heeft niet geleerd te balanceren. Als je altijd gefietst hebt, moet je het automatische balanceren afleren, rechtop blijven zitten, voeten op de pedalen en voor je uit kijken, net als in de auto.
Je hoeft eigenlijk alleen nog maar te ontspannen op de driewielfiets, en juist dat vraagt om oefening. Dan went het. Naarmate men bang geworden is om te vallen of al eens gevallen is, speelt de onzekerheid een grotere rol om erop te durven vertrouwen dat je echt niet omvalt. Dat is normaal. U bent niet de enige.
Begin zo langzaam mogelijk, trapje voor trapje en rem om de haverklap even om te voelen dat er dan heus niets misgaat. Vertrouwen en ontspanning groeien door herhaling en korte oefensessies. Oefen niet te lang. Het is beter vaker kort te oefenen dan te lang, omdat de onzekerheid moe maakt. Na een pauze of de volgende dag voelt het alweer beter dan de laatste keer.
Goed oefenen is heel belangrijk, omdat je bij een driewielfiets moet afleren om je evenwicht te willen bewaren. Volg onderstaande stappen om veilig te gaan fietsen.
- Zet de fiets eerst op de parkeerrem zodat ie niet voor- of achteruit kan.
- Stuur en zadel goed (laten) afstellen. Kijk ook naar de positie en afstand van de remgrepen.
- Zet de trappers in de goede stand om op te kunnen stappen.
- Ga ontspannen op het zadel zitten (“als een zoutzak”), voeten op de pedalen. Kijk vooruit, niet naar beneden, niet naar het stuur.
- Ga eventjes schuin hangen met je lichaam, zodat je voelt dat de stabiliteit uit de fiets komt.
- Kijk eerst of je kunt wegrijden. Trap een halve slag en rem, zodat je voelt wat er gebeurt.
- Herhaal dit totdat je de voeten bij het remmen ook echt op de pedalen houdt.
- Oefen in de kleinste versnelling, stapvoets. Snelheid is voor later. Kijk naar voren.
- Langzaam trappen en alleen maar sturen, houd handen aan de rem.
- Blijf rechtop zitten, niet meehangen, ook niet met de benen.
- Houd knieën bij elkaar vooral in de bocht, dan blijf je beter rechtop.
- Houd de voeten steeds op de pedalen, ook als je remt of stilstaat.
- Rem in het begin heel regelmatig en zet dan je voeten niet op de grond om eraan te wennen dat je niet omvalt.
- Neem na 10 minuten even pauze omdat het onnatuurlijke rijden stress geeft. Na een pauze zal het steeds beter gaan.
- Blijf bij de geringste verplaatsing gewoon op de fiets zitten. (Als je afstapt en ernaast loopt, dan komen de kuiten al snel tegen de achterwielen aan)
- Weet dat je echt niet de enige bent. Iedereen heeft er moeite mee!
- Stap na een oefening op de driewielfiets niet gelijk op een gewone tweewieler. Dat vergt meteen weer je “oude” evenwicht. Onderschat het verschil niet.
Oefenmogelijkheden en locaties
Door diverse varianten uit te proberen bij fietsenwinkels en zorgwinkels of op oefendagen die in een aantal gemeenten worden georganiseerd, kunt u zelf ervaren welk type fiets het beste bij u past. Er is keuze genoeg! Er zijn verschillende mogelijkheden om te oefenen. Als u zelfstandig oefenen lastig vindt, kunt u hulp en begeleiding vragen van ervaren en getrainde vrijwilligers van de Fietsschool.