De curieuze fietspaden van Sofia

Journaliste Hellen Kooijman fietste over de fietspaden van Sofia. 'Iets buiten het centrum probeer ik een knetterdrukke rotonde over te steken. Om aan de andere kant te komen, moet je óf tegen het grommende verkeer in rijden, óf een soort van klunen: je fiets kniehoge trottoirs op en af zeulen.'
              
Op de autovrije boulevard Vitosha, hartje Sofia, liggen twee ‘fietspaden’: vier geschilderde gele lijnen. Enthousiast fiets ik het ‘pad’ op. Om er weer snel af te rijden. De strook ligt zó dicht bij de terrasjes dat er een reëel risico is dat ik met mijn pedaal achter de onderbenen van een terrasbezoeker blijf haken.
Sofia moet een fietsstad worden, zo besloot het stadsbestuur een aantal jaren geleden. Het overgrote deel van de stad bestaat uit vlak terrein. Leg er een goed net van fietspaden aan en Ivan en alleman kan naar hartenlust van woonwijken als Chladilnik (Koelkast) en Mladost (Jeugd) naar het centrum crossen. Gezien de continue verstoppingen van het Sofioter verkeersnetwerk, scheelt dat een hoop tijd. En smog. In 2009 werd daarom enthousiast een begin gemaakt met het ‘aanleggen’ van fietspaden. 28 kilometer is er al. Eind 2013 moet er minstens 100 kilometer zijn.

Openzwiepende portieren

Maar waar leg je in godsnaam die fietspaden neer? Sinds de val van het communisme steeg het aantal inwoners pijlsnel naar meer dan 1,2 miljoen. En terwijl destijds het hele gezin samen deed met één kleine Lada, denderen nu man, vrouw en meerderjarige kinderen in elk hun eigen bolide door de hoofdstad. Vooral in de nauwe straatjes in het centrum zorgt dat voor een hoop gefriemel. Fietsen is er bloedlink. Temeer omdat menig automobilist de hardnekkige Balkan-eigenschap heeft om op willekeurig welke hoek van de straat abrupt te stoppen om vrouwlief uit te laten. Het gedachteloos openzwiepen van portieren is de nachtmerrie van elke fietser in Sofia.
Uit plaatsgebrek zijn de fietspaden in het centrum van Sofia vooral geschilderd op de stoep, zo merk ik tijdens mijn fietsrondje. Daarop rijden vraagt regelmatig om acrobatische vaardigheden. Soms lijkt het alsof de schilder een neut te veel had gedronken, zo kronkelen de fietspaden zich om lantaarnpalen, bomen, vuilnisbakken, billboards en – erg vreemd – geparkeerde auto’s. Om niet van het padje af te raken zou ik mezelf in tweeën moeten splitsen of mijn fiets in één ruk 90 graden moeten draaien. Gelukkig is het felgeel van de strepen in de afgelopen jaren opgegaan in het vale grijs van de stoeptegels. Zodat je ‘lekker los’ over de stoep kunt sjezen. Vogelvrij tussen het winkelend publiek, dat overigens geen stap opzij doet bij het horen van een fietsbel.

 

Categorieën