Spaakvoetjes

Onbekend gevaar

Spaakongelukken staan in de top vijf van oorzaken waarmee jonge kinderen op de eerste hulp belanden. Per jaar raken zo’n 4400 kinderen gewond nadat ze met benen of voeten tussen de spaken zijn gekomen. Een fietsstoeltje biedt geen bescherming.

Het is niet niks. ‘Per dag worden er zo’n twaalf kinderen op de eerste hulp binnengebracht na een spaakbeknelling’, zegt Margien Veling van de Stichting Consument en Veiligheid. ‘Als je er met mensen over hebt, dan heeft bijna iedereen wel een ervaring uit de eigen omgeving. Dan hoor je: ja, dat heeft mijn buurmeisje ook meegemaakt.’ De gevolgen zijn gekneusde beentjes en voetjes en dertig procent heeft zelfs iets gebroken. Vervelende kwetsuren die bij kinderen in de groei langdurige gevolgen kunnen hebben.

Voorlichting
Het is een opmerkelijk onbekend risico. Ouders en andere betrokkenen zijn zich nauwelijks bewust van het gevaar van een spaakbeknelling. Aanleiding voor Consument en Veiligheid om in mei samen met de Fietsersbond en de BOVAG een voorlichtingscampagne te beginnen. De oplossing is simpel. Veling: ‘Je moet het wiel afschermen zodat het voetje niet tussen de spaken kan komen.’ Er zijn speciale plastic spaakafschermingsplaten te koop voor ongeveer 10 euro. Jasbeschermers zijn niet genoeg, zegt Veling. ‘Die zijn niet sterk genoeg en zitten niet stevig genoeg vast. Een kind kan daar makkelijk door heen schoppen.’ Sommige stevige fietstassen helpen weer wel, maar die zijn niet met alle fietsstoeltjes te combineren.

Peuters en kleuters
Vooral de 3, 4 en 5-jarigen lopen risico. Hun beentjes zijn lang genoeg om gevaar te lopen. Spaakbeknellingen komen voor bij allerlei fietsvervoer: als kinderen ‘voor een heel klein stukje’ zo op de bagagedrager worden gezet, of op een zadeltje op de stang van een herenfiets. Maar volgens Consument en Veiligheid gebeuren veruit de meeste ongelukken met vervoer in het – door veel ouders veilig geachte – fietsstoeltje.
De huidige fietsstoeltjesworden slechts in een enkel geval met een vaste spaakafschermingsplaat verkocht. Het merendeel van de fietsstoeltjes heeft wel voetsteuntjes waarin de voetjes vast kunnen worden gezet. Als dat goed gebeurt, voorkomt dat natuurlijk ongelukken. Maar in de praktijk blijkt dat vastzetten niet of niet meer te gebeuren. Tegen de tijd dat het kind drie is, zijn de riempjes of elastieken vastzetbandjes defect of weg. Ook kopen of krijgen mensen vaak tweedehands stoeltjes die niet meer compleet zijn. Ouders worden in de loop der tijd vaak wat slordiger met vastzetten dan dat ze waren vlak na aanschaf. En dan zijn er de driejarigen zelf die de voetjes niet vast willen.

Afscherming
Betere fietsstoeltjes met grote vast gemonteerde afschermingplaten zouden zeker wat oplossen. De Europese norm voor fietsstoeltjes (uit 2004) vraagt dat echter niet. Voetenbakjes in combinatie met riempjes voldoen volgens de norm als spaakafscherming soms gecombineerd met losse spaakafschermers. Lucia Jonkhoff, onderzoekster bij Consument en Veiligheid en betrokken bij de totstandkoming van de norm, had graag een strengere norm gezien. Maar dat lukte niet met allerlei partijen uit verschillende Europese landen. Jonkhoff: ‘Bovendien is een norm geen wetgeving en mogen er ook stoeltjes worden verkocht die niet aan de norm voldoen.’
Daarom zien ze bij Consument en Veiligheid meer in het voorlichten van consumenten en fietsenmakers. Veling: ‘We gaan samen met de Fietsersbond een brochure met tips maken voor ouders. Die gaan we via de fietsenmakers uitdelen. Voor hen hebben we een handige checklist die hen helpt bij het adviseren. Ook willen we ouders via tijdschriften, kinderdagverblijven en consultatiebureaus bereiken.’
 

Categorieën