Lezer in beeld

Wielrenner Leen Poortvliet (77) is verslaafd aan fietsen

Leen Poortvliet (77) is verslaafd aan wielrennen

Na een val in de Tour de France was de profcarrière van Leen Poortvliet snel afgelopen. Gefrustreerd zwoor hij daarna bij zijn auto, maar daar kwam hij snel van terug: ‘Wielrennen is een soort virus.’

De slotetappe van de Tour de France had in 1970 legendarisch kunnen uitpakken voor Leen Poortvliet. Hij zou die dag 22 jaar worden en stond laatste in het klassement. De laatste etappe zou echter een tijdrit zijn. ‘En ik was een heel goede tijdrijder. Dan zou ik als eerste vertrekken en binnenkomen en heel erg lang aan kop staan in het dagklassement.’ Helaas kwam Poortvliet in de tiende etappe zo zwaar ten val dat hij in een ambulance moest worden afgevoerd. Einde tour. En die mogelijke winst in de laatste etappe naar Parc des Princes? ‘Ach, er reed ook ene Merckx mee.’

Gesponsord door sigarenmerken

Daarna was het hoe dan ook snel afgelopen met de profcarrière van de nu 72-jarige Poortvliet. De twee belangrijkste profploegen, opvallend genoeg gesponsord door sigarenmerk Willem II en sigarettenmerk Caballero, stopten er in dat najaar opeens mee, wegens belastingtechnische redenen, en alle profs stonden op straat. In de nieuwe ploeg was voor Poortvliet geen plek meer. ‘Dan kon je gaan rijden voor een shirt en een broek bij een Belgische ploeg, maar dat zag ik helemaal niet zitten. Toen ben ik een baan gaan zoeken en ben ik operator geworden bij Akzo Nobel. Dat ben ik tot aan mijn pensioen gebleven.’

Zeven jaar niet gefietst

De jonge prof, die als kind (‘Ik fietste elke dag naar school, tien kilometer verderop’) bij een lokaal rondje in Achthuizen op Goeree-Overflakkee op een gewone fiets vierde werd achter drie echte wielrenners op racefietsen, en daarna een proflicentie bij elkaar reed als lid van ‘Sint Willibrord Wil Vooruit’, had het helemaal gehad met fietsen. ‘Ik kocht een auto. Zelfs de boodschappen deed ik met die auto. Ik heb zeven jaar helemaal niet op de fiets gezeten. Mijn racefiets hing nog steeds in de schuur. Ik woog inmiddels 100 kilo, dus ik wilde toch wat aan mijn gezondheid doen. Toen ben ik weer begonnen om met de fiets naar mijn werk te rijden. De eerste keer was ik bijna dood toen ik aankwam, maar ik heb doorgezet en dat heb ik tot mijn pensioen volgehouden. 40 kilometer heen en veertig terug, van Dirksland naar de Botlek, En dat in de volcontinudienst.’
Poortvliet ging ook weer wedstrijden fietsen, en grote toertochten. ‘Wielrennen is een soort virus. Het schijnt dat je bij behoorlijke inspanning een stofje aanmaakt dat verslavend schijnt te werken.’

Grote tochten

Leen Poortvliet (77) is verslaafd aan wielrennen
‘In vijf weken naar Santiago de Compostella, met twee rustdagen.’ Beeld-auteur: Fleur Wiersma

Na zijn pensioen kwamen de grote tochten samen met zijn echtgenote. Veel weekenden op de fiets naar de caravan in Brabant, daar rondjes rijden en weer terug. In 2006 fietsten ze in etappes van gemiddeld zeventig kilometer per dag naar Santiago de Compostella, ‘In vijf weken, met twee rustdagen.’
Daarna volgden Verona en Rome. Vorig jaar stond de bron van de Maas op het programma, maar ‘Corona gooide daar roet in’.

Zelfde fiets als Rutte

Twee fietsen heeft hij, een Trek racefiets en een Koga voor het gewone werk. ‘Dat is dezelfde fiets die Mark Rutte ook heeft’. Vorig jaar kocht zijn vrouw een elektrische fiets: ‘Je hoort best vaak dat oudere mensen vallen met die fietsen. Ze is nu nog jong en wil ermee vertrouwd raken voor ze ouder wordt.’ En ze kan hem beter bijhouden. ‘Meestal zegt ze dat ik het kalmer aan moet doen, want ze rijdt op de eco-stand en als ik te hard ga, moet ze hem op ‘tour’ zetten.’

Bijna weer de oude

Een paar jaar geleden viel Leen Poortvliet thuis. ‘Ik dacht eerst dat er niks aan de hand was, maar toen bleek ik toch een bloeding te hebben. In het Erasmus ben ik toen geopereerd en hebben ze twee gaten in mijn schedel geboord om het bloed af te voeren. Toen ik uit het ziekenhuis ontslagen werd was ik een wrak. Ik liep achter een rollator en kon niet meer schrijven, mijn geheugen was slecht. Maar nu rijd ik weer op de racefiets. Ik ben bijna weer helemaal de oude.’

Kaartje naar Joop Zoetemelk

Hij kan meevoelen met zijn oude rivaal Joop Zoetemelk, die laatst ook zwaar ten val kwam en nu herstellende is. Ze kennen elkaar van de vele amateurrondes waar ze de laatste jaren regelmatig afwisselend eerste of tweede werden. ‘Ik heb hem na die valpartij nog een kaart gestuurd. Waarschijnlijk kreeg hij zo verschrikkelijk veel kaarten dat hij mij over het hoofd heeft gezien, denk ik. Ik wist zijn adres ook niet, maar het is ook een heel klein dorpje waar hij woont en de naam van dat dorp had ik wel, dus ik heb ‘Joop Zoetemelk’ geschreven, met de naam van dat dorpje. Ik weet niet of die aangekomen is.’

Net zo gek op fietsen als Leen Poortvliet?

Wij vechten voor veilige, comfortabele fietspaden voor snelle en langzame fietsers.

Word lid!

Categorieën