Icoon van de Nederlandse fietscultuur

Paddenstoel bestaat 100 jaar

paddenstoel ruinen

De 100 jaar oude paddenstoel is een icoon van de Nederlandse fietscultuur. De vriendelijke vormgeving heeft met de Eerste Wereldoorlog te maken.

Rijwielpadverenigingen en de paddenstoel

Omdat de overheid bepaald geen aanstalten maakte om paden aan te leggen, ontstonden er vanaf 1914 rijwielpadverenigingen die met fietspaden bos en hei wilden openleggen voor fietsers. De ANWB hielp met het opzetten van die lokale verenigingen en stond zo aan de wieg van het huidige uitgebreide fietspadennetwerk.
Notabelen namen doorgaans het initiatief. Waarom bekommerden zij zich om de fietspaden? ‘Ze wilde de natuurgebieden ontsluiten met fietspaden.  Fietsen als recreatie werd namelijk steeds belangrijker tijdens de Eerste Wereldoorlog. Toeristen konden toen niet naar het buitenland op vakantie’, legt Hans Buiter uit. Hij is verenigingshistoricus van de ANWB. ‘Met de fiets konden de Nederlanders er in eigen land op uit. Daar hadden ze ook steeds meer tijd en geld voor. Vanaf 1918 was de zaterdagmiddag vrij. En de lonen gingen omhoog tijdens de oorlog. Veel meer mensen konden een fiets kopen, die ook nog eens sterk daalde in prijs. Rond 1914 kostte een fiets 40 tot 50 gulden. Maar in 1920 kon je al een geïmporteerde Japanse fiets kopen voor 25 gulden. Er werd ineens zo massaal gefietst dat de directies van trammaatschappijen klaagden over het sterk dalende aantal klanten. Nederlanders ging liever fietsen.’

Fietsers hadden in 1920 al last van auto's

‘Een tweede aanleiding om rijwielpaden aan te leggen, was het groeiende aantal auto’s. Rond 1920 waren dat er al 3000 en het aantal nam toe. Veel fietsers vonden het met die 3000 auto’s al het te druk werd op de doorgaande wegen en wilden daarom eigen fietspaden. En die paden werden bewust smal gehouden; liefst 80 centimeter breed. Dan konden er geen auto’s of motorrijders op.’
En om de weg te vinden in de natuurgebieden was er bewegwijzering nodig. ‘De ANWB koos bewust voor een bescheiden wegwijzer, omdat de bond het landschap niet wilde verstoren. Of de wegwijzer bewust als een paddenstoel is vormgegeven weet ik niet. In 1921 werden de paaltjes met kop voor het eerst paddenstoel genoemd. Het begrip paddenstoel raakte vervolgens snel ingeburgerd.’

anwb paddenstoel
ANWB-bestuurders bekijken de drie prototypen op 21 februari 1919.

De paddenstoel en de Eerste Wereldoorlog

De paddenstoel is een product van de Eerste Wereldoorlog. De eerste wegwijzers die vanaf 1894 verschenen, waren van metaal. Maar ijzererts was een schaars goed tijdens de Eerste Wereldoorlog. Beton was een goed alternatief. Architect J.H.W. Leliman (bekend van het Noord-Hollands Koffiehuis tegenover Amsterdam CS) tekende voor het ontwerp. De bedoeling was dat de paddenstoel lokaal gemaakt zouden worden. Maar centrale productie was toch efficiënter. In 1919 werden de eerste twaalf paddenstoelen tussen Laren en Baarn geplaatst.

Paddenstoelvandalisme

De eerste paddenstoelen hadden houten bordjes met plaatsnamen en afstanden. Het zag er prachtig uit, maar vandalen leefden zich uit op de houten bordjes. Daarop besloot de ANWB om plaatsnamen en afstanden dan maar rechtstreeks op het onverwoestbare beton te schilderen. Ook dat was geen succes. De paddenstoel bleek een ideale voetensteun voor fietsers. Het gevolg was dat de letters snel wegsleten. Een metalen kap bleek iets beter tegen schoenen bestand.

vierkantepaddenstoel1
Deze vandalismebestendige paddenstoel is nooit populair geworden.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd zelfs een wedstrijd uitgeschreven om een slijtage- en vandalismebestendige paddenstoel te ontwerpen. Een hoekig ontwerp won. Een feestelijke presentatie volgde na de oorlog. Maar het nieuwe ontwerp viel niet echt in de smaak en de ANWB ging door met de vertrouwde paddenstoel.

Hoeveel weegt een paddenstoel?

De eerste paddenstoelen wogen 145 kilo per stuk en er waren drie man voor nodig om er eentje te plaatsen. Het grote gewicht kwam door de lange steel die anderhalve meter diep de grond in reikt. Later werd alleen de steel van beton gemaakt en de kop van metaal. Dat scheelde 65 kilo. Begin deze eeuw werd beton de ban gedaan en de afgeslankte paddenstoel weegt nu nog maar 15 kilo.

Waar staat de eerste paddenstoel?

De eerste paddenstoel is in Laren geplaatst. Ter ere van het 100-jarig bestaan heeft de ANWB een replica geplaatst op de plek waar de oerpaddenstoel stond.

desnelsteletter
De ANWB kiest in 2003 voor de snelste letter.

2003, nieuw ontwerp paddenstoel met snelle letter

Begin deze eeuw liet de ANWB de paddenstoel herontwerpen. De oervorm is behouden gebleven. De paddenstoel is nu rood met witte vlakken. En in de vlakken staan de bestemmingen en afstanden in rode letters. De letter is ontworpen door Gerard Unger, grafisch ontwerper en letterontwerper. ‘Onderzoek had uitgewezen dat geen letter sneller leest’, aldus Hans Buiter van de ANWB.

Zeeland is zuinig met paddenstoelen

In de Fietsrouteplanner van de Fietsersbond staan alle paddenstoelen. De zegetocht van de paddenstoel begon in het Gooi. Hoe is het nu gesteld met de verspreiding van de paddenstoel? Uit de data van de Fietsrouteplanner blijkt dat meer dan de helft van alle paddenstoelen in Gelderland, Drenthe en Overijssel staan. Niet toevallig ook nu nog de populairste fietsprovincies. In Zeeland is de paddenstoel nooit echt aangeslagen. De hele provincie moet het doen met twee paddenstoelen.

  1. Gelderland: 1662 paddenstoelen
  2. Overijssel: 1226 paddenstoelen
  3. Drenthe: 1064 paddenstoelen
  4. Brabant: 552 paddenstoelen
  5. Friesland: 372 paddenstoelen
  6. Utrecht: 276 paddenstoelen
  7. Noord-Holland: 227 paddenstoelen
  8. Groningen: 215 paddenstoelen
  9. Zuid-Holland: 120 paddenstoelen
  10. Limburg: 61 paddenstoelen
  11. Flevoland: 33 paddenstoelen
  12. Zeeland: 2 paddenstoelen

Van wie is de paddenstoel?

paddensteolniuewulven
De paddenstoel houdt stand, naast de populaire knooppunten. Beeld-auteur: Michiel Slutter

‘De paddenstoel is het icoon van de ANWB’, stelt verenigingshistoricus Hans Buiter. Op veel paddenstoelen staat ook nog de afkorting ANWB. Maar de paddenstoel is niet meer van de ANWB. In 2012 moest de ANWB het beheer van de paddenstoelen overdragen aan de Nationale Bewegwijzeringsdienst. Buiter: ‘De ANWB verloor na het jaar 2000 in stappen de aanbesteding voor de bewegwijzering.’ Aan de kwaliteit van de paddenstoelen lag het niet, zegt Buiter. ‘De oorzaak was de oppositie van de ANWB tegen het plan voor rekeningrijden van minister Netelenbos in 1999. Dat vond de minister niet prettig. Het resultaat was dat de ANWB de bewegwijzering als taak kwijtraakte.’

graffiti
Bekladde paddenstoelen zijn verenigingshistoricus Hans Buiter een doorn in het oog. Beeld-auteur: Michiel Slütter

Buiter ziet met lede ogen aan dat lang niet alle paddenstoelen er nu goed bij staan. Volgens Buiter zijn veel paddenstoelen ‘verveloos en vuil’. Hij pleit voor een opknapbeurt.

Hoeveel paddenstoelen zijn er?

Verenigingshistoricus heeft bij de Nationale Bewegwijzeringsdienst nagevraagd hoeveel paddenstoel er nog zijn. De overheidsorganisatie houdt het op 5000.  Alle paddenstoelen staan in de Fietsrouteplanner. We hebben ze geteld en komen op 5987 paddenstoelen in Nederland.

De groei van de paddenstoelen

  • 1919: 12 paddenstoelen
  • 1920: 25 paddenstoelen
  • 1975: 3200 paddenstoelen
  • 1980: 3800 paddenstoelen
  • 2000: 5500 paddenstoelen
  • 2019: 5987 paddenstoelen

Expositie
In het ANWB-hoofdkantoor is tot begin september de expositie ‘100 jaar paddenstoel’ te zien. Adres: Wassenaarseweg 220, Den Haag.

Categorieën