‘Het is echt een nieuwe wereld’

Stationsstalling Utrecht is een feest

Stalling met een verrassende uitgang

tekening van stationsstalling Utrecht

De Utrechtse Stationsstalling binnenfietsen is een feestje. Links en rechts word je begroet. Het is nog wel een beetje zoeken, maar dat heeft ook wel wat. Eind 2018 is de grootste stalling ter wereld helemaal af en passen er meer dan 12.500 fietsen in. De Fietsersbond heeft hard gelobbyd voor de stalling en actie gevoerd om de eerste 24 uur gratis te kunnen stallen. 

‘Waar is mijn fiets? Hij moet hier staan.’ Een meisje komt de stationsstalling binnenrennen. De medewerker bij de incheckbalie hoort kalm haar verhaal aan en wijst naar de rekken voor hem. ‘Daar staan alle fietsen die nog in de gesloten stalling stonden.’
Het jachtige meisje is niet de enige tot wie niet op tijd is doorgedrongen dat de voormalige bewaakte stalling naast het station al dicht is. De medewerker bij de entree vertelt: ‘Gister had ik hier nog een huilend meisje dat haar fiets ook niet kon vinden. Gelukkig vonden we hem verderop in een andere stalling.’

Zwieren door de paden

Het is mijn droomstart van de dag, zo’n entree in de Stationsstalling. Waar je in de meeste stallingen met de fiets aan je hand trap moet lopen, rijd je hier zo over brede rode paden naar je favoriete rek, links en rechts gegroet door medewerkers. De eerste week was het zelfs een háág van medewerkers. Een paar weken na de opening vinden steeds meer fietsers zelf hun weg.
Sommige fietsers nemen het ervan en zwieren door de paden. Oortjes in en gaan. Voorlopig is de afstand die fietsend afgelegd kan worden beperkt. Een deel van de stalling is nog niet toegankelijk; je ontkomt zelfs niet aan een stukje traplopen met de fiets aan de hand. Het is pionieren en zoeken, maar gelukkig staan overal hulpvaardige mannen, die onvermoeibaar de weg wijzen aan onder meer Engelssprekende toeristen die naar OV-fietsen vragen.

fietsenstallingman
Fiets kwijt? Fietsenstallingman redt je! Beeld-auteur: Judy Ballast

De stalling ruikt nog nieuw ‒ er wordt geschilderd, getimmerd en geboord. De kabels voor de roltrap worden gelegd door mannen die uitbundig zwaaiend op hun vorkheftruck de stalling binnenrijden. Even later worden ze berispt als ze met hun banden een sierlijke slip op het fietspad maken. ‘Denk je om mijn verf?!’

Het systeem van doorverwijzen werkt nog niet soepel. Twee dames met hoge sturen moeten naar de kratjesafdeling en een medewerker met zwart golvend haar verwijst een man met kind achterop naar dezelfde afdeling. Hij helpt mensen graag en heeft daar een filosofie bij. ‘In Nederland is de cultuur dat je moet mopperen, maar ik wil Nederland hedonistischer maken en mensen helpen positief in het leven te staan. Sommigen zijn net kleine kinderen. Een tijd geleden was de stalling waar ik stond vol en daar werd een meneer heel boos van. Hij wilde net zolang wachten tot er weer plek was, terwijl hij in zes seconden naar de volgende stalling kon fietsen. Dan wíl je toch per se boos zijn? Ik heb ook een keer een meisje van 20 aangesproken dat aan één stuk door aan het mopperen was. Ik zei: ‘Hallo meisje, hoe oud ben jij eigenlijk? Ga jij nog zeventig jaar mopperen?’ Toen moest ze lachen.’

Zee van ov-fietsen

Je plekje vinden ín de stalling is één ding, eruit komen een ander. De bebording is te klein als je op de fiets zit, maar ook wat summier als je lopend je weg naar buiten zoekt. Te midden van de symbolendiarree aan het plafond boven je hoofd is met moeite een groen vierkant te vinden, met een pijltje naar beneden. Een vrouw op pumps vertelt dat ze eerder op de dag haar fiets in de gewone rekken had geparkeerd, toen het nog lekker rustig was, maar dat ze nu door een bouwvakker ontzet moest worden omdat haar fiets helemaal ingebouwd was. De volgende keer zet ze haar fiets direct bij de kratfietsen. Een andere vrouw met kratje met daarin een tas en achterop een kinderzitje probeert haar fiets op de plek naast de OV-fietsen in het hoge rek voor kratfietsen te tillen, maar geeft op: te zwaar. ‘Ik zei het al. Er zijn te weinig plekken voor kratfietsen. Als de Jaarbeursstalling vol was zette ik mijn fiets buiten neer, maar daar zijn er twee gestolen.’ Gelukkig voor haar is verderop nog een hele rij rekken waar ze mag staan, tegenover de imposante zee van OV-fietsen. De medewerker die ze in- en uitcheckt zegt: ‘Dan komen mensen om 10 uur naar me toe, wanhopig: ‘Heb je nog een OV-fiets?’ Nog vijfhonderd, zeg ik dan.’

Tekening van man in kiosk
Van de stalling beland je zo tussen de klompen en koeken Beeld-auteur: Judy Ballast

SF-uitgang

Als je de eerste keer je fiets gestald hebt en als voetganger naar buiten wilt, is het een totale verrassing waar je uitkomt. Mijn favoriete uitgang leidt via gammele ijzeren trappen tussen steigerpijpen naar van die brede deurhoge plastic flappen die vroeger in supermarkten voor de vriesvakken hingen en waardoor je niet kunt zien of er een weiland met koeien achter ligt of een afgrond. Het blijkt een kiosk op Hoog Catharijne met rechts stoffen souvenierklompen en links schappen met snoep. De eerste weken, vertelt de verkoopster, moest ze elke keer omkijken als ze de flappen hoorde klapperen. Maar nu is ze er wel aan gewend. ‘Het duurt nog tot januari, dus ik hoop maar dat het in de winter niet te koud wordt.’

Ze merkt wel dat mensen beter de weg kunnen vinden; ze krijgt minder vragen. Een ouder echtpaar komt net van achter de flappen tevoorschijn en staat met de ogen te knipperen. Vakantiegangers. Een medewerker heeft hun elektrische fietsen in de bovenrekken getild. Die bovenste rekken zijn namelijk nog stroef en moeten door het gebruik soepeler worden.
Het echtpaar is niet bang dat ze de ingang niet meer terug kunnen vinden, zoals mij overkwam toen ik de eerste keer de flappen terug zocht om in de stalling mijn fiets op te halen. Het was een sciencefictionachtige ervaring, alsof de wereld die ik ’s ochtends had verlaten een paar uur later was opgeheven. Maar het heeft wel wat, dat pionieren, zeker als er overal vriendelijke medewerkers zijn die je de weg wijzen. Hopelijk blijven ze zo vriendelijk, dat maakt ieders dag goed. Voor de zekerheid moet de beheerder zeker nog even naar de wifi in de stalling kijken, voor wat rock-’n-roll in de stille uurtjes. En voor als de fietsers straks dankzij digitale bebording zonder enige hulp feilloos hun fiets terugvinden.

Categorieën

52200975667_53bff07c54_k

Suzanne Brink

Hoofdredacteur Crossmedia

Op de fiets ben ik vrij en onafhankelijk en dat gevoel wil ik delen. We zijn de enige organisatie in Nederland die zich volledig inzet voor de veiligheid en het geluk van fietsers: geweldig dat ik daar aan mee kan werken.