header-brug

Amsterdam overtreedt wet met verwijderen fietsen

Vogelvrije Fietser, maart 2003

Sommige mensen houden er vreemde gewoonten op na om te voorkomen dat hun fiets wordt gestolen. De Amsterdamse student Otto bijvoorbeeld. Onder het motto ‘Dieven hebben geen belangstelling voor fietsen die niet rijden’ haalt hij na iedere rit zijn voorwiel eruit, dat hij voor het gemak heeft voorzien van een uitvalnaaf. Jarenlang gaat het goed, maar op een kwade dag moet ook Otto eraan geloven. Als hij na een nachtje doorzakken ‘s middags naar college wil, is zijn fiets verdwenen. Met het wiel in de hand kijkt hij zoekend om zich heen. Zo dronken was hij toch niet? Dan ziet hij op het trottoir zijn doorgeknipte slot liggen. Gejat dus. Mokkend loopt hij richting tram.

Een week later hoort Otto van een medestudent dat zijn fiets waarschijnlijk helemaal niet is gejat. In dezelfde week heeft de politie een ‘schoonmaakactie’ uitgevoerd in het stadsdeel Centrum, en vermoedelijk is Otto’s fiets daarbij aangezien voor een fietswrak. Otto is verbijsterd. De politie mag toch niet lukraak fietsen verwijderen? Samen met een bevriende rechtenstudent duikt hij de bibliotheek in. Al snel komt hij erachter dat het volgens de Algemene Politie Verordening van Amsterdam verboden is om een fietswrak op de openbare weg te plaatsen. Maar dat kan toch niet betekenen dat de politie naar eigen inzicht fietsen mag aanmerken als wrak, om ze vervolgens zonder voorafgaande waarschuwing weg te halen?

Dat blijkt inderdaad niet het geval. In een uitspraak van de Nationale Ombudsman uit 1995 vindt Otto dat fietswrakkenacties alleen zijn toegestaan als ze voldoende tijdig zijn aangekondigd in een plaatselijk dagblad en een wijkblad. In de advertentie moet verder duidelijk zijn aangegeven wanneer sprake is van een fietswrak en waar de eigenaars de wrakken kunnen ophalen. Na wat spitten in zijn krantenbak vindt Otto de aankondiging. Er staat inderdaad precies omschreven wat een fietswrak is. Een fiets zonder wiel wordt zelfs expliciet genoemd als voorbeeld.

Onthutst belt Otto de gemeente.Zijn fiets is waarschijnlijk opgeslagen in een depot waar hij hem kan terugkrijgen tegen betaling van 25 euro. Gewapend met de aankoopbon van zijn fiets snelt Otto naar het depot. De reis kost twee uur, want het depot ligt ver buiten de stad. Daar wacht hem een nieuwe teleurstelling. De fiets is al vernietigd. ‘Het kost te veel om al die wrakken op te slaan’, zegt de beheerder. ‘Er komt toch nooit iemand om ze op te halen, dus we bewaren ze niet meer. Sinds 2 oktober 2002 is dit het nieuwe beleid van stadsdeel Centrum.’

Thuis bestuderen Otto en zijn vriend de uitspraak van de Ombudsman nog eens. Die verwijst naar een bepaling in de Algemene Wet Bestuursrecht (art. 5:30) waarin staat dat in beslag genomen goederen niet binnen twee weken mogen worden vernietigd. De gemeente Amsterdam overtreedt dus de wet! ‘Mooi’, zegt Otto’s vriend. ‘Dan kun je van de gemeente een vergoeding eisen om een nieuwe fiets te kopen. Maar koop er dan wel eentje waar niets krom aan is, en met een vast voorwiel, want anders denken ze straks wéér dat het een wrak is.’
August Van

Naschrift, juni 2005
Het lijkt erop dat Otto in deze zaak ook geen brief van de gemeente gekregen heeft (beschikking) waarin stond waarom zijn fiets weggesleept is. Dat is wel vereist. Daarom had Otto ook kansrijk bezwaar kunnen maken tegen het feit dat zijn fiets überhaupt weggesleept werd. In deze procedure had hij dan ook nog de kosten voor zijn vernielde slot kunnen verhalen op de gemeente.

Theo Zeegers, verkeersconsulent Fietsersbond

Verder lezen:

Wanneer is mijn fiets ten onrechte verwijderd?
Hoe maak ik bezwaar?